Druck Kopfbild

Vier taalgebieden

Artikel 4 van de Belgische Grondwet:

"België omvat vier taalgebieden: het Nederlandse taalgebied, het Franse taalgebied, het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en het Duitse taalgebied.

Elke gemeente van het Rijk maakt deel uit van een van deze taalgebieden. (…)"

De opdeling van België in vier taalgebieden werd beslist door de taalwetgeving van 1962/1963 en werd in de Grondwet vastgelegd door de eerste staatshervorming van 1968-1971.

Negen gemeenten vormen het Duitse taalgebied in het oosten van België: Amel, Büllingen, Burg-Reuland, Bütgenbach, Eupen, Kelmis, Lontzen, Raeren en Sankt-Vith.

De andere taalgebieden zijn:

  • het Franse taalgebied in het zuiden van België (Wallonië),
  • het Nederlandse taalgebied in het noorden van België (Vlaanderen),
  • het tweetalige gebied van Brussel-Hoofdstad.

de taalgebieden

In de respectieve taalgebieden geldt het volgende principe: de taal van het gebied is de officiële taal, ook op scholen en in juridische aangelegenheden. In Brussel hebben het Frans en het Nederlands dezelfde officiële status.

Het taalstelsel in de rechterlijke organisatie

Dit is de verantwoordelijkheid van de federale staat.

Taalgebruik in de administratie en in de betrekkingen tussen werkgevers en werknemers

Voor deze vraagstukken zijn de gemeenschappen bevoegd.

Maar: De federale wetgever regelt deze materie in de 19 gemeenten van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en in de 25 gemeenten met bijzondere rechten ("taalfaciliteiten") voor taalminderheden, onder andere:

  • de negen gemeenten van het Duitse taalgebied (bijzondere rechten voor Franstaligen),
  • de Franstalige gemeenten Malmedy en Waimes (bijzondere rechten voor Duitstaligen).

De taalregeling in het onderwijs

Deze is de verantwoordelijkheid van de Gemeenschappen, met inbegrip van de Duitstalige Gemeenschap.

Maar: De federale staat regelt het taalgebruik in het onderwijs voor het tweetalig gebied Brussel en de gemeenten met bijzondere rechten voor taalminderheden (gemeenten met taalfaciliteiten).

In dit geval is de Duitstalige Gemeenschap een uitzondering op de uitzondering: de bevoegdheid voor het gebruik van de talen in het onderwijs werd in 1997 bij grondwetswijziging overgedragen aan de Duitstalige Gemeenschap, hoewel in de negen gemeenten van de Duitstalige Gemeenschap bijzondere rechten voor Franstaligen gelden.

Zurück Drucken Teilen